Een koppelsensor meet de hoeveelheid kracht die de berijder op de pedalen uitoefent. Het geeft feedback aan de elektromotor, waardoor deze het ondersteuningsniveau kan aanpassen op basis van de inspanning van de rijder. Koppelsensoren worden als geavanceerder beschouwd dan cadanssensoren omdat ze een natuurlijkere rijervaring bieden, met trapondersteuning die meer aanvoelt als traditioneel fietsen. Met koppelsensoren is het motorvermogen evenredig aan de inspanning van de berijder, dus hoe harder de berijder trapt, hoe meer ondersteuning de motor biedt. Dit betekent dat koppelsensoren ideaal zijn voor rijders die tijdens hun rit een consistent inspanningsniveau willen behouden, ongeacht het terrein of de helling.